Innogy krijgt SDE+ voor drie windparken bij Eemshaven

Tegen het grootste project van deze drie, windpark Oostpolder, loopt nog een procedure bij de Raad van State en zijn de vergunningen dus nog niet definitief. Innogy -moederbedrijf van Essent- verwacht een uitspraak over uiterlijk een half jaar, zo laat woordvoerder Jorrit de Jong weten.

Innogy zelf plaatst acht turbines met een gezamenlijk vermogen van circa 33 MW in windpark Oostpolder, maar het volledige windpark is een stuk groter. Volgens de milieu-effectrapportage uit 2017 komen er in Oostpolder uiteindelijk 21 windturbines te staan met een vermogen van 85 MW. Initiatiefnemers van Oostpolder zijn de landeigenaren zelf, verenigd in de coöperatie Waddenwind. Innogy gaat ervan uit dat ook zij een positieve SDE+-beschikking zullen krijgen, al was deze begin deze week nog niet binnen. De bezwaren ingediend bij de Raad van State zijn tegen het gehele Oostpolder-project.

De andere twee projecten waar Innogy nu subsidie voor krijgt liggen ter weerszijden van Eemshaven. Oostpolderdijk betreft drie turbines op de zeedijk ten oosten van de Eemshaven, de dijk die het land beschermt tegen de Eems. Het wordt het eerste windpark op een primaire zeedijk ter wereld. Dit betekent tevens dat de turbines komen te staan op rijksgrond. Innogy ziet graag dat de overheid meer grond beschikbaar stelt voor energieprojecten.

Westereems III gaat om twee turbines die in de Eemshaven zullen worden gebouwd ter vervanging van twee oudere, kleinere turbines op de noordwest-hoek van de Eemshaven. Deze twee moeten plaatsmaken voor een heliport en in ongeveer hetzelfde gebied zal Innogy twee nieuwe turbines plaatsen.

De windparken zullen, mits de procedure bij de Raad van State positief afloopt, in 2019 en 2020 worden gebouwd. Groningen heeft een provinciale taakstelling 855,5 MW wind op land in 2020 en gaat het doel halen, mits de vergunde windparken ook allemaal bijtijds worden gerealiseerd.